Herenigd met mijn biologische moeder

Na ruim twee uur bij mijn familie in Starotimosjkino door te hebben gebracht, vertrokken we samen met tante Ravza naar de kliniek van mijn moeder. De inrichting staat in een verlaten buitenwijk in Oeljanovsk. Ver weggestopt van het hedendaags leven. Er rust een groot taboe in Rusland op de psychiatrie. Kampen met mentale problemen en daarvoor opgenomen worden in een instelling is een zwart gat in de maatschappij. Toen we aankwamen op het terrein van de kliniek, bekroop mij een naar gevoel. Het metershoge witte gebouw zag er niet bepaald uitnodigend uit. Ik ging alleen met tante Ravza en de tolk Sergey naar binnen. Mijn ouders en broer bleven achter. In het bijzijn van de mensen van Spoorloos. Normaliter mag alleen Ravza haar zus Railya bezoeken. Dat de dokter deze ontmoeting had toegestaan, was dus al een hoge uitzondering. We gingen dus met zijn drieën de kliniek binnen. We liepen door een lange gang met aan beide kanten hoge ramen. Vervolgens stonden we in een trappenhuis voor een houten deur met daarin een luikje. Ik had mij de kliniek enigszins zo voorgesteld, maar mede door de vervallen staat van het gebouw, maakte dat ik alsnog schrok van wat ik zag. Zo bladderde de verf van de muren en zaten er scheuren in de vloertegels. Achter deze houten deur, was de bezoekersruimte.

Samen met tante Ravza in de kliniek waar mijn moeder verblijft (c) Screenshot KRO-NCRV

 

De psychiatrische kliniek waar mijn moeder verblijft

Daar stond ik dan: in de kliniek van mijn moeder Railya. Samen met tante Ravza en Sergey stonden we voor  de houtendeur van de bezoekersruimte.  Na een aantal keer kloppen, ging  het luikje in de deur open en zei een geïrriteerde verpleegster dat we moesten wachten  . De minuten leken voorbij te kruipen. Helemaal omdat de zenuwen door mijn lijf gierden. Toen werd dan eindelijk de deur van het slot  gehaald. De deur ging open en  het eerste wat ik zag, was mijn moeder. Ze zat aan een tafeltje, maar sprong gelijk op en rende naar mij toe. Voor mijn gevoel hebben we elkaar minutenlang omhelsd. We waren beide ontroostbaar. Ik was zo opgelucht dat ze bij haar emoties kon en dat deze niet waren onderdrukt door haar medicatie. De allergrootste opluchting was dat ze doorhad dat ik haar dochter ben. Dit moment was zo mooi en zo bijzonder. Ik zal dit altijd blijven koesteren. We hebben ook wel veel kunnen praten. Soms was ze een beetje in de war, maar eigenlijk ging het supergoed. Ik vond het heel fijn om bij haar te zitten, het voelde heel vertrouwd. Het raakte mij toen ze zei dat ik haar niet mocht verlaten. De dagen erna zou ik haar gelukkig nog zien.

Ik ging opnieuw naar de kliniek. Dit keer ook samen met mijn ouders en broer. Ook zij wilden heel graag mijn moeder ontmoeten. We stonden in het trappenhuis te wachten en zagen voortdurend patiënten voorbij komen lopen. Ik kreeg er kippenvel van. Deze vrouwen waren al het contact met de werkelijkheid verloren. Ze hadden een lege blik in hun ogen, waren lijkbleek, vertoonden geen enkele emotie en liepen in van die wijde witte jurken. Ik vond het verschrikkelijk om te zien. Het was echt niet leuk, het liefst wilde ik ook weg, maar we kwamen daar voor mijn moeder. Ik kan haar niet in de steek laten. Tante Ravza, Sergey en ik gingen de bezoekersruimte binnen. M’n ouders en broer moesten in het trappenhuis blijven wachten. De dokter stond het niet toe dat zij mijn biologische moeder zouden ontmoeten. Na lang aandringen en ruim anderhalf uur later, deed een meegaande verpleegster de deur stiekem open. In het trappenhuis, heb ik mijn beide moeders mogen omhelzen. Dat was super emotioneel en zwaar. Het duurde nog geen halve minuut, maar dit waren de meest kostbare 30 seconden in mijn leven. Ik hoop dat er nog een moment komt waar ons meer tijd wordt gegeven.

 

Screenshot KRO-NCRV